
Hoe spannend wordt Prinsjesdag voor HR?
Arbeidsjurist Daniël Maats blikt vooruit op de Prinsjesdagplannen en proefballonnetjes die voor HR relevant zijn.

Gepubliceerd: 4 september 2024 | door Daniël Maats, arbeidsrechtadvocaat bij BVDV Advocaten & Fiscalisten
Dat de positie van de zzp’er een belangrijk thema is, zal niemand verrassen. We hebben het er al jarenlang over. Het Hoofdlijnenakkoord van het verse kabinet was kort en vermeldde alleen:
“Zekerheid op de arbeidsmarkt wordt gestimuleerd, bijvoorbeeld voor echte zelfstandigen (zzp’ers) in het zelfstandigenbeleid en door regulering van de uitzendsector. Daarnaast streven we naar meer vaste contracten voor werknemers. Daartoe wordt de wetsbehandeling van de Wet verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden (VBAR) en de Wet toelating terbeschikkingstelling van arbeidskrachten (WTTA) voortgezet.”
Voormalig minister van SZW Karien van Gennip stuurde de Wet VBAR in juni 2024 al naar de Raad van State, ze wilde de VBAR laten ingaan per 2026. De Raad van State moet adviseren. Het oorspronkelijke wetsvoorstel werd maar beperkt aangepast, terwijl er van alle kanten veel kritiek kwam bij de internetconsultatie. Kabinet-Schoof wil hiermee dus verder, terwijl de VVD overigens eerder bijzonder kritisch was.
De Wet VBAR bevat meerdere onderdelen. Allereerst past het de definitie van de arbeidsovereenkomst aan. Dat zou voor meer duidelijkheid moeten zorgen. Werkinhoudelijke aansturing en inbedding van het werk leiden volgens de Wet VBAR meestal tot een arbeidsovereenkomst. Daarnaast wordt een rechtsvermoeden ingevoerd. Dat betekent dat het uitgangspunt is dat een werkende op basis van een arbeidsovereenkomst werkt, als het tarief lager is dan € 33 ex btw per uur.
Vooruitlopend op die nieuwe wetgeving heeft de Belastingdienst de schone taak om de handhaving op schijnzelfstandigheid weer op te pakken. Althans, dat was het laatste plan en iedereen is daarmee bezig. Die handhaving ligt al jarenlang stil, nadat de Wet DBA grote onrust veroorzaakte in 2016. Vanaf 1 januari 2025 start de Belastingdienst daar weer mee, de plannen liggen klaar. Plotseling kwam Tweede Kamerlid voor de VVD Thierry Aartsen met forse kritiek hierop.
Zijn kritiek laat goed zien hoe de VVD hierin staat:
“Prima als je gaat handhaven op mensen die tegen hun wil zzp’er zijn. Prima als je gaat handhaven op zzp’ers die onder het minimumloon worden betaald. Maar de VVD gaat het niet meemaken dat mensen, dat zzp’ers die gewoon zelfstandig in alle vrijheid dat willen doen vanaf 1 januari massaal op straat worden gezet, omdat de overheid een wet heeft bedacht van een aantal jaar geleden en vindt hoe de wereld eruit zou moeten zien.”
Nadat op zijn verzoek op 5 september 2024 een rondetafelgesprek plaatsvindt – diverse partijen hebben een position paper ingediend en komen aan het woord in de Tweede Kamer – vergadert een week later de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de positie van de zzp’er. Gaat de opheffing van het Handhavingsmoratorium per 1 januari 2025 toch niet door? Daarover zal na Prinsjesdag duidelijkheid komen.
Over de auteur

Daniël Maats
Daniël Maats is arbeidsrechtadvocaat bij BVDV Advocaten & Fiscalisten en houdt zich bezig met alle facetten van het arbeidsrecht, zoals ontslag, re-integratie en sociaal zekerheidsrecht. Ook geeft hij webinars voor Brightmine.
Connect met Daniël op LinkedIn

De beste mensen werven, inspireren en behouden
Ontdek hoe onze producten jou helpen toptalent binnen te halen, medewerkers te behouden en een inspirerende omgeving te creëren waarin persoonlijke ontwikkeling centraal staat.